Rond de Grand Fache (5 dagen).

De Tour de la Grande Fache is een erg logisch uitbreiding van de Tour de Vignemale. Ik deed ze samen met een groep jongeren voor Hiking Advisor in de zomer van 2025, als aparte lus.

De Grande Fache (3005) is wellicht de meest bescheiden 3000-er van de Pyreneeën. Ze ligt net halfweg de meer prestigieuze toppen van Vignemale en Balaïtous. Voor de trekker is het een prachtig gebied, met een heerlijke combinatie van graniet dat lang geleden door gletscherijs is vormgegeven en honderden kleine meertjes met fantastische bivakspots.

We vertrokken uit Cauterets, vlot bereikbaar vanuit Lourdes (TGV of nachttrein).

Voor mij was het een eerste keer met jongeren. 16 tot 18. De helft kende elkaar van vorige trekkings met Siegried. En veel van de nieuwe deelnemers kenden mekaar ook, een hechte kliek van 6 scouts. Een heel breed gamma aan karakters, gewoontes en dingen die ze belangrijk vinden. 

Dag 1 Heenreis Brussel - Lourdes

De TGV naar Parijs is belachelijk duur geworden. Dus valt de keuze op de Flixbus. Die dropt ons in een parkje bij Bercy. Een al bij al kalme metrorit naar Gare de Montparnasse en op dik 5 uur naar de deep south van Frankrijk. Heel fijn om de dynamiek te zien verschuiven van blij terugzien na een lange tijd, naar nieuwe contacten leggen. We crashen iets voor middernacht in één van de typische pelgrim hotelletjes van Lourdes. Plaaster en plastic Moeder Maria. Goedkoop en functioneel, maar in elke kamer is er ergens wel een hoek af.

Dag 2 Pont d'Espagne - Lac d'Arratille

Opstaan, ontbijtje in het hotel, nog wat brood en andere essentials inkopen, de beide bussen naar Pont d'Espagne... 
Rond 10h30 staan we bij een reusachtig bezoekerscentrum van het nationaal park bij een reusachtige parking met een stuk of duizend anderen. En dat op een dag met onweer in het weerbericht ?

Een paar bruges over heel mooie watervallen en twee hotelletjes met terrasjes verder is het gedaan met de drukte ; we kiezen voor het rustigste pad, dat waar de rivier aan onze linkerkant blijft. Alles is droog en dor : bruin gras, lager in de vallei bomen met bruine bladeren, een wel heel kalme rivier.
De fotozoektocht loopt niet zo vlot als ik dacht. Ik had het wat te moeilijk gemaakt? Twee teams haken na een tijdje af. De derde team vond het erg leuk en kraakt uiteindelijk de cryptische omschrijving van de plek waar 2 verdwaalde crocks terug moeten afgeleverd worden. 


De onweerswolken blijven ons lang ontwijken. Een paar keer wat gedruppel... Bij het Lac d'Arratille kiezen we een bivakwei een stuk boven het meer. We zijn niet alleen, een stuk of tien andere solo's,  duo's of groepjes bivakkeren hier ook.
Tijdens het avondeten barst het onweer dan toch los. Eerst op de toppen in de omgeving, met alleen windstoten op onze bivakplek, later met een plensbui en hagel. Snel worden de nadelen van de moderne lichtgewicht branders duidelijk : de jetboils waaien uit en de klassieke brandertjes krijgen hun potjes water nauwelijks boven 50 à 60 °C. Mijn eigen primus-jetboil (bedoeld voor 2 à  3 personen) is de enige die blijft presteren. 
Dat wordt water koken in de tent. Ik kook, Ans en Siegried leveren heet water aan iedereen. 


Na 2 uur is de plensbui met hagel en bliksems voorbij. Dit avondonweer is een geluk bij een ongeluk. Allerlei probleempjes worden al vroeg duidelijk. Ferre heeft een slaapmatje dat een worst wil worden, tenten die slordig waren opgezet, chaos binnen de tent van Ries, Jan en Ferre, de 6 scouts die het onzalige idee hadden om met deze onweersdreiging een fotoshoot op een rotskam te gaan doen... Ze raken stuk voor stuk gefixt ruim voor het donker. 

Blijkt dat ik een aantal dingen te weinig meeheb. Nauwelijks ducttape bv. Herstellen doen we met witte tape voor de voeten. En geen handdoekje - gelukkig heeft Ans er één extra. 

Dag 2 Lac d'Arratille - Collado de Letero - Embalse de Bachimaña

Het enige dat niet opgelost was, was de tent van Matias en Elliot. Het was de zwakste tent van de groep ; of het nu het speelse enthousiasme van die twee was of de felle rukwinden die de genadeslag gaven aan de tentstokken, zullen we nooit weten. Ze hadden zich rond middernacht bijgeperst in de 2 tentjes van Klaas, Dorus, Jacob en Soo.

De etappe begint gezapig met een klim naar de Col en een al bij al even gezapige afdaling - deels padloos door grashellinkjes - naar het vlakke stuk van Les Batanes. Siegried en ik kijken nog eens goed naar iedereen en naar het weer... We gaan voor de ruigste variant, die over de Letero. 


De Spaanse kaart is waardeloos. De OSM-kaart op de GPS en telefoon brengt ons probleemloos tot het bovenste Ibon - meertje - van Batanes. Hier begint het echte werk. Eerst een reeks mega blokken dwarsen, dan over gras en stevig vastliggend puin naar een couloirtje. Het zogezegd pad van de OSM-kaart is gemarkeerd met steenmannetjes maar slaat voor de rest nergens op. Hier is niets, dit is puur padloos. Eerst ik, dan Siegried leiden, de rest volgt zonder problemen. Wat een prestatie van die jonge gasten. Met de meeste groepen volwassenen die ik ooit meehad, zou dit nooit zo vlot en stressvrij zijn gelopen. 

Het colletje, de Collado de Letero (2642), brengt ons in een andere wereld. Woest en weids. We picknicken helemaal bovenaan de Cirque de Bramatuero. Wat een prachtige plek.

Dan volgt nog een heel lang stuk waar alleen wat steenmannetjes de weg wijzen. Beetje op en neer, op allerlei soorten ondergrond. Vooral de lange stukken over de granietrots die ooit door de gletscher zijn vlakgeschaafd, zijn heerlijk om op te stappen. 


Uitgebreide pauze bij de Bramatuero hut. Ik repareer een achtergelaten wandelstok. Zo heeft Jan die last heeft van de knie ook een oplossing. Het weer is nog perfect, dus laten we deze propere maar erg Spartaanse hut achter. De afdaling over het vlot lopend pad is prachtig. Ze houden het middelste stuwmeer mooi vol, net als bij een natuurlijk meer. 

De bivakplek is een droom. Het blijft heerlijk droog. Elliot en Matias slapen binnen in een klein schuilhutje dat ze delen met een Duits koppel. Heel fijne mensen. De hut wordt blijkbaar ook gebruikt door de schaapherder. Een kleine kudde, zo'n 150 stuks, gelukkig zonder een Patou. Die later op de avond terug vertrekken. We blijven nog lang nagenieten van het mooie weer, met een mislukt dessert en een quiz.

Dag 3 Embalse de Bachimaña - Tebarrai - Campo Plano

De nacht was helder en windstil. Sterren met af en toe wat weerlichten van over de grens in Frankrijk. 
Relax inpakken, rustig ontbijtje, genieten van de eerste flarden zon tussen de wolken. 

We takken vandaag even in op de GR11, het lange afstandspad dat de hele keten van de Pyreneeën volgt aan de Spaanse kant. Uiteraard is het drukker, veel drukker. Solo hikers die bivakkeren, groepjes die de berghutten gebruiken of een dagtocht doen, veel trailrunners (of trailstappers) ook. Het landschap is indrukwekkend. De kaartlees kwaliteit van Soo en Dorus ook. Ze halen probleemloos alle fouten uit de Spaanse kaart. 

De blauwe meertjes (Ibónes Azul), de wel erg speciale geologie van de Pico del Infierno met zijn middenstuk van wit marmer, de donkerkoude diepte van Ibón de Tebarray. Ik kom ogen tekort.


Floor mist een mooie top op deze tocht. Wel Floor, wij als begeleiders ook. Siegried en ik bekijken of de top met twee namen, Pico de Pondiellos / Tebarray, het wordt. Het antwoord is een neen. Overdosis technische stukjes. We houden het bij de klauter-en-kabel afdaling van zo'n 50 m hoog vanop de col (2771). Uiteraard met glans gelukt door deze groep. Deze col is één van die vele bewijsjes dat de Spaanse GR11 toch een maatje zwaarder is dan de Franse GR10.

De afdaling loopt opnieuw door een ander landschap. Donkere zandsteenrots wisselt af met groene grashellingen en de statige dennen bij Resposumo. 
We doen de omweg naar de hut van Resposumo. Niet direct een succes. De hut wordt stevig verbouwd. De bouwploeg heeft van alles afgesloten maar houdt geen rekening met het pad dat wij en tientallen anderen nemen. Er blijkt ook nauwelijks sanitair terwijl er wel een 50-tal slaapplaatsen open zijn. Werkelijk niemand van de Spaanse crew van de hut spreekt een beetje Frans of Engels, en o wee : geen bosbessentaart of zo in de aanbieding. De meesten laten die Spaanse chaos niet aan hun hart komen : er is meer dan genoeg aanbod aan suikershotjes. 

Het pad naar de nooit afgewerkte stuwdam van Campo Plano is een droom. We laten de drukke mensenwereld achter en komen op een schitterende vlakte tussen de bergen. Marie, Aude en Ditte duiken opnieuw het beirekoude meer in. 


Ik had me zo voorgenomen om het hele waterkook gebeuren aan de jongeren over te laten. De harde wind en de enige bui van de dag beslissen anders. Bert wordt en blijft de rest van de tocht kookouder. Veel andere opties zijn er niet, alle andere tenten liggen helemaal vol en de mijne mag dan de kleinste zijn, het is de enige met wat plaats in de voortent en de jetboil kookvuurtjes die we mee hebben zijn niet windproof.

Na het eten klaart het helemaal uit en blijft de hele groep nog nagenieten bij een dessertje. Het rondje Weerwolven laat ik aan me voorbij gaan, ik ben wat onderkoeld en duik met al mijn kleren aan in de donsslaapzak.

Dag 4 Campo Plano - Refuge Wallon-Marcadau - Lacs d'Embarrat

Mistflarden, nauwelijks beweging in de grijze wolken, af en toe wat motregen... Het plan A nl. Col de Combales wordt vervangen door plan B nl. Col de la Fache (2664). Min of meer even lang, maar technisch gemakkelijker en de zekerheid op een droge middagpauze in de Refuge. 

Jan heeft het zwaar. Hij is aan de tocht begonnen met een latente ontsteking in de knie, die nu volop doorzet. Ook Aude heeft het lastig. Dit zorgt voor een vreemde dynamiek : Siegried neemt de snelle stappers (bijna iedereen), Ans de middengroep (Aude en af en toe een tochtmaatje), ik de trage groep (Jan en af en toe een tochtmaatje).

Ik wissel gidswerk af met intens genieten van dit stukje ruige bergen. De extra op de top van de Grande Fache komt geen moment in met op, bij dit weer zou dat gekkenwerk zijn.


De volledig vernieuwde Refuge Wallon is druk maar zeer functioneel. Eindelijk een degelijk weerbericht : de grijze mist-en-motregen blijft ons lot voor de rest van de dag en morgen klaart het uit. Jan gaat mee / stopt hier / gaat mee / stopt hier... Gaat mee. Een goede beslissing. 

De bivakplek is prachtig : een klein meer met een mooie moeraszone. En surrealistisch. De mistflarden natuurlijk. En de 5 eenden. En het eenzame schaap - van de rest van de kudde zien we alleen de keutels. En - belangrijk - geen last van de muggen.


Het avondeten is weer van dat. De enige plensbui van de dag. Ik pak zelfs de rugzak niet meer uit, mijn tentje krijgt met drie dampende kookvuurtjes de allure van een sauna. We eten staand, met de regenjassen aan. Na het eten klaart het wat uit en doen we nog een paar rondjes groepspelen waarbij Dorus en Marie de uitblinkers zijn.

Dag 5 Lacs d'Embarrat - Ilhéou - Cauterets 

In de nacht is het na enkele  buitjes helemaal opgeklaard. De tenten zijn natuurlijk kletsnat van de condens. Het ontbijt en inpakken gaat heel vlot ; 3 kwartier (tijd wordt op deze tocht gemeten in kwartiertjes) sneller dan dag 2 of 3.

Na een kleine klim steken we de kop boven de wolken. Wat een fantastisch zicht. We blijven er lang hangen : genieten, fotoshoots, het topje van Tuc Arrouy (2405) erbij nemen. 

Bij de afdaling duiken we de mist in. Het eerste deel, tot de Barrage en de Refuge d'Ilhéou is een fijn pad op graniet. Ik heb een lange en erg leerrijke babbel met Ditte. We wisselen onze ervaring uit over trekkings met jongeren versus volwassenen, hutten versus tenten, verschillende manieren om van een klets individuelen of kleine groepjes één geheel te maken, de paar punten waarop deze tocht nog beter kon,...

Na de barrage verandert het pad. Blijkbaar is hier een trailrunwedstrijd gepasseerd : het pad is twee keer gemarkeerd, een keer met fluo vlaggetjes, en één keer met de roodwitte strepen van de GR10. Het pad loopt door leisteen en modder, bij deze mist een glibberige pestboel. 

Op de middagpauze komen er nog verrassend veel wraps en crakers uit de rugzakken. Gelukkig maar. Ans en ik vreesden tekorten.
Het pad verandert opnieuw : een oud irrigatiekanaal, stukken bos en weiland. We zien amper koeien en geiten, maar ze moeten er zijn - de keutels en vlaaien zijn werkelijk overal.

We zetten een sprintje om de bus van 15h te halen. Die alleen maar bestaat op de bordjes van de bushaltes. Jammer. Of toch niet, een terasje, een ijsje, wat shoppen, voor mij ouderwets bellen naar huis, voor de anderen WhatsAppen en zo naar huis en vrienden. De 3 uur wachten op de volgende bus zijn zo voorbij.

In Lourdes zijn, in hetzelfde hotel met in emke kamer een hoek af, de douches heerlijk. Mijn kamertje wordt één groot droogrek. De pizza's zijn overheerlijk en royaal, maar we moesten er wel de Italiaanse aanpak bijnemen. Kortom, wachten op straat tot ze een reuze tafel van 16 konden dekken.

Dag 6 Lourdes ...

Om 6 uur op, en wat later het korte wandelingetje naar het station. De TGV is op tijd. Ik tel een laatste keer tot 16. En zwaai uit. Ik blijf nog een paar dagen trekken.

Dankjewel Aude, Ditte, Dorus, Elliot, Ferre, Floor, Jacob, Jan, Klaas, Marie, Matias, Ries, Soo. Jullie waren een van de fijnste groepen die ik ooit mocht meenemen in de bergen. Dankjewel Siegried en Ans om mee te mogen begeleiden. 





Reacties

Populaire posts van deze blog

Tour de Vignemale praktisch

15 Juli - Aankomst in Andorra

18 Juli - Aneto in koninklijke stijl